Orgaandonatie in combinatie met vrijwillige euthanasie veroorzaakt een conflict situatie.
Het is van belang om te weten op welke manier orgaandonatie in samenhang met euthanasie plaatsvindt. Dit vindt plaats conform de procedure orgaandonatie op basis van het vaststellen van de dood op basis van Circulatoire Criteria opgenomen in het Besluit vaststelling van de dood bij postmortale orgaandonatie kortweg DCD-donatie genoemd. Na de ingreep waarbij het stervensproces wordt gestart wordt vijf minuten no-touch aangehouden waarna de donor in spé met grote spoed naar de operatiekamer wordt gebracht (het is ook mogelijk dat de patiënt daar reeds aanwezig is). In de operatiekamer wordt de bloedsomloop weer hersteld (Normotherme Regionale Perfusie) waarbij moet worden voorkomen dat er bloed naar de hersenen kan stromen. Voorafgaand wordt aan de patiënt een bloedverdunnend middel toegediend om te voorkomen dat het bloed gaat klonteren na het herstarten van de bloedsomloop .
Na de circulatiestilstand wordt er in Nederland vijf minuten no-touch aangehouden. In Zwitserland 10 minuten, in Italië 20 minuten en in Duitsland drie uur. Duitse artsen vinden dat deze methode niet kan worden toegestaan omdat de hersenen van de donor niet de kans krijgen af te sterven. Tevens vinden zij dat de donor aan risicovol handelen wordt onderworpen door het opstarten van de circulatie. Deze zorg blijkt terecht te zijn, er bestaat een rapportage over een vrouw die weer zelfstandig begon te ademen of bij wie mogelijk nooit sprake is geweest van circulatiestilstand.
Eurotransplant -die zorgt voor verdeling van organen over een groot deel van Europa- mag om die reden geen organen leveren aan Duitsland die op die manier zijn verworven. Ook aan Kroatië en Hongarije mogen deze DCD-organen niet worden geleverd door Eurotransplant. Finland en Turkije staan deze methode ook niet toe.
Aan het vaststellen van de dood op basis van circulatoire criteria zijn in Nederland geen aanvullende voorwaarden gesteld. Patiënten mogen onderkoeld zijn en/of mogen onder invloed van medicatie zijn welke de uitslag kan beïnvloeden. Dit brengt enorme risico’s mee voor de donor (zolang we vernemen dat overleden mensen weer ontwaken in het mortuarium is voorzichtigheid geboden). Als gevolg van de haast om de donor in spé zo snel in de operatiekamer te krijgen kunnen ook fouten worden gemaakt. De DCD-donor is per definitie niet hersendood, heeft vaak ook totaal geen hersenletsel.
Na vijf minuten circiulatiestilstand zijn de hersenen van een mens nooit afgestorven.
In de richtlijnen voor euthanasie wordt in punt 6 gewezen op een medisch zorgvuldige uitvoering. Er bestaan grote en onaanvaardbare risico’s voor de orgaandonor die conform de DCD-methode zijn of haar organen doneert. Deze risico’s staan in de weg bij vrijwillige euthanasie omdat door de donatieprocedure het risico bestaat dat het stervensproces wordt onderbroken en de patiënt weer tot leven wordt gewekt. Ook bestaat het risico dat de donor de verwijdering van zijn organen bewust meemaakt. Hiermee is er naar onze mening geen sprake van medisch zorgvuldig handelen.
In punt 6 van de richtlijn voor vrijwillige euthanasie wordt opgedragen te zorgen voor een medisch zorgvuldige uitvoering. Het Comité Orgaandonatie Alert is van mening dat hiervan geen sprake is als de donor wordt onderworpen aan een procedure die grote risico’s met zich meebrengt. Om die reden heet het Comité is aan de leden van de Commissie VWS der tweede kamer gevraagd de procedure te herzien.
De brief kunt u hier nog even doorlezen. https://drive.google.com/file/d/13K8x5VWJsYXZUQ6-SZg4kwM8zPKvjnRY/view